Adres: 74485 National Park Drive, Twentynine Palms, CA 92277
Zelf ben ik helemaal niet zo’n grote natuurliefhebber. Ik lees veel verhalen van mensen die speciaal vanwege de natuur en de nationale parken van het land naar de Verenigde Staten van Amerika op vakantie gaan. Ik geef meer de voorkeur aan de pretparken, casino’s, cafés en restaurants van het land. Toch ben ik in het verleden wel al naar een aantal verschillende nationale parken in Amerika geweest, waaronder het Grand Canyon NP, Death Valley NP, het Hawaii Volcanoes NP en het Haleakalā NP. Voorafgaande aan mijn reis door Nevada en Californië ben ik bezig geweest met het maken van een planning en om de reis zo afwisselend mogelijk te maken besloot ik om er ook een bezoek aan een nationaal park aan toe te voegen. Op de route tussen Laughlin en Palm Springs bevond zich het plaatsje Twentynine Palms en daar in de omgeving was het Joshua Tree NP gelegen. Omdat we dus toch al in de buurt van het nationale park zouden gaan komen leek het me leuk om één nacht te overnachten in een hotel in Twentynine Palms en vanuit daar dan ook naar het Joshua Tree NP toe te gaan.
Het Joshua Tree National Park is een Amerikaans nationaal park in het zuidoosten van Californië, in de buurt van San Bernardino en Palm Springs. Het park is vernoemd naar de Joshua-bomen, ook wel de Yucca brevifolia genoemd, welke afkomstig zijn uit de Mojave-woestijn. In het jaar 1936 werd het gebied nog uitgeroepen tot een nationaal monument. Echter werd de gehele omgeving in 1994 opnieuw ontworpen en kreeg het van het Amerikaanse Congres de goedkeuring van de California Desert Protection Act, waardoor het een nationaal park is geworden. Het Joshua Tree NP omvat een gebied van in totaal 3.200 vierkante kilometer, en het is daarmee iets groter dan de staat Rhode Island. Meer dan de helft van het park bestaat uit wildernis, het bevat twee totaal verschillende woestijnlandschappen, namelijk de hogere Mojave-woestijn, dit is het gebied waar de Joshua trees staan, en de lagere Colorado-woestijn, waar natuurlijke tuinen groeien. Naast de Joshua trees is het park ook bekend vanwege zijn vreemde landvormen. De heuvels en rotsen bestaan uit massief gesteente, dat is verbrokkeld in losse stukken.
Het duurde bijna 3 uur om vanuit het Aquarius Casino Resort in Laughlin bij de entree van het Joshua Tree NP uit te komen. Het was een mooie rit door verlaten landschappen, met onder andere een stukje over de Route 66. Op een gegeven moment reden we langs het bord met de tekst “Welcome to Joshua Tree, Elevation 2713” en we wisten dat we bijna op onze plaats van bestemming waren aangekomen. Na nog een paar minuten verder gereden te hebben kwamen we uit bij het Joshua Tree National Park Visitor Center. We parkeerden daar onze auto en liepen het Visitor Center binnen. In deze ruimte werd er verteld wat er die dag allemaal was te doen en te zien in het park. Er werden allerlei spullen verkocht van het NP en ik vond het leuk om gelijk een magneet, voor thuis op mijn koelkast, mee te nemen. Bij de kassa kocht ik daarnaast ook meteen de entreekaart voor onze auto, waarmee we later het Joshua Tree NP binnen mochten rijden. Deze kaart kostte ons een bedrag van $ 30,00, en naast de bon met entree kregen we tevens een plattegrond van het park uitgereikt.
Vervolgens keken we nog even rond in het Visitor Center. Er was een klein museum gebouwd waarin uitleg werd gegeven over de omgeving van het park en de bomen en rotsen die erin stonden. Nadat we er uitgekeken waren liepen we weer terug naar de auto en gingen op weg naar het entreebord van het nationale park. We maakten daar een paar foto’s en reden daarna door naar de plek waar onze entreekaart werd gecontroleerd, dit was bij het “West Entrance Station”. We kregen een korte uitleg over wat we allemaal konden gaan doen en zien en er werd verteld dat we, wanneer we de route zouden volgen, vanzelf bij de uitgang van het park, bij het Oasis Visitor Center, uit zouden komen. Ik had op internet al een aantal hoogtepunten van het park, waar we naartoe konden gaan, opgezocht en gelukkig zag ik al deze punten ook staan op de plattegrond welke we hadden gekregen. We besloten om maar gewoon naar het eerste punt te rijden en te zien wat we daar aan zouden gaan treffen. Dit eerste punt was Quail Springs en na enkele minuten gereden te hebben kwamen we daar aan.
Het was een gebied vol met rotsen,
verschillende mensen waren deze aan het beklimmen en anderen zaten aan de
picknicktafels te eten. We reden daarna verder naar Hidden Valley, dit was een
rit van enkele minuten. We verlieten de auto en liepen een stuk over het
looppad welke slingerde tussen massieve rotsblokken, het zag er prachtig uit. Tijdens
de wandeling zagen we de Jushua Trees en ook nog allerlei cactussen en andere
struikgewassen. We vonden het echter te heet buiten om het gehele pad van één
mijl af te lopen. We reden verder over de kronkelweg en genoten van alles wat
we om ons heen zagen. We zagen de afslag naar Ryan Mountain maar besloten om
door te rijden naar Sheep Pass. Sheep Pass was een kampeergebied van waaruit
verschillende wandelingen konden worden gemaakt en het was tevens een ideaal
gebied voor rotsbeklimmers. Het was echter echt veel te warm (het was tenslotte
midden juli en midzomer) om al te lang buiten de auto te blijven en dus gingen we snel
weer terug naar binnen om te genieten van de airconditioning.
We gingen op weg naar het volgende aangestipte gebied van de plattegrond, dit was de stop bij Jumbo Rocks. Dit bleek ook een kampeergebied te zijn, van waaruit verschillende wandeltochten konden worden gemaakt. We hebben een tijdje bij de rotsen en bomen staan kijken en genoten van het uitzicht, maar eerlijk gezegd vond ik alles toch ook wel veel van hetzelfde. Zoals ik reeds verteld heb ben ik niet echt een natuurliefhebber, ik vind het wel mooi om de natuur te zien, maar meestal heb ik er ook wel snel genoeg van, omdat ik alles binnen een nationaal park op elkaar vind lijken. Gelukkig was ik niet de enige die er zo over dacht. De rest had inmiddels genoeg van de lange rit en de hitte buiten gekregen en wilde het liefst een zwembad in duiken. We besloten daarom om de route af te rijden, we reden over Park Boulevard en zagen een beide zijden van de auto nog steeds veel rotsen en bomen. We kwamen langs het North Entrance Station en vervolgens reden we voorbij het Oasis Visitor Center. Vanuit daar was het nog maar 6 minuten rijden naar het Best Western Gardens Hotel at Joshua Tree National Park, waarin we die nacht zouden gaan verblijven.
We gingen op weg naar het volgende aangestipte gebied van de plattegrond, dit was de stop bij Jumbo Rocks. Dit bleek ook een kampeergebied te zijn, van waaruit verschillende wandeltochten konden worden gemaakt. We hebben een tijdje bij de rotsen en bomen staan kijken en genoten van het uitzicht, maar eerlijk gezegd vond ik alles toch ook wel veel van hetzelfde. Zoals ik reeds verteld heb ben ik niet echt een natuurliefhebber, ik vind het wel mooi om de natuur te zien, maar meestal heb ik er ook wel snel genoeg van, omdat ik alles binnen een nationaal park op elkaar vind lijken. Gelukkig was ik niet de enige die er zo over dacht. De rest had inmiddels genoeg van de lange rit en de hitte buiten gekregen en wilde het liefst een zwembad in duiken. We besloten daarom om de route af te rijden, we reden over Park Boulevard en zagen een beide zijden van de auto nog steeds veel rotsen en bomen. We kwamen langs het North Entrance Station en vervolgens reden we voorbij het Oasis Visitor Center. Vanuit daar was het nog maar 6 minuten rijden naar het Best Western Gardens Hotel at Joshua Tree National Park, waarin we die nacht zouden gaan verblijven.